Eiland

Hij sliep met zijn kleren aan onder twee dekbedden van eendendons. Soms trok hij, al half in slaap, zijn muts tot over zijn oren. Dan moest het buiten wel zo’n twintig graden vriezen en binnen, in de woonkamer waar nu ook zijn bed stond, kwam de temperatuur niet boven het vriespunt uit.

’s Morgens, als het licht begon te worden, of nog eerder, werd hij wakker van het jonge katertje dat zomaar aan was komen lopen. Ruw tongetje dat over zijn oogleden schraapte en aan zijn baard likte. Dan stak hij zijn vingers in de gaten van zijn vingerloze handschoenen, stapte in zijn pantoffels, en liep naar de keuken om het vuur nieuw leven in te blazen. Hout, kooltjes, ketel die begon te zingen, de enige vorm van muziek die hij in dagen hoorde. Een theezakje gaat gemiddeld zeven bekers mee, de hete stoom die het keukenraam beschilderde.

Lees verder “Eiland”

Tranen

Eigenlijk moet je ervoor naar Berlijn, maar nu zie ik hem zomaar op het omslag van het decembernummer van Kunstschrift: Johannes de Doper in de wildernis van Geertgen tot Sint Jans. De heilige, gekleed in een bruine pij waarover een warme diepblauwe mantel is geslagen, als een deken, is verzonken in gedachten. Zijn peinzende hoofd rust op zijn knokige hand. Hij friemelt met zijn voeten, zoals Friso Lammertse in Kunstschrift zo mooi observeert. Voeten die een ontroerend beeldrijm vormen met de pootjes van het lam dat hem vergezelt.

Johannes de Doper in de wildernis van Geertgen tot Sint Jans, op het omslag van het decembernummer van Kunstschrift

Lees verder “Tranen”

Stad, witte wolk

De tekening wordt in dit nieuwe jaar tien jaar oud: Stad/Witte wolk van de Poolse kunstenaar Zbigniew Biel (Częstochowa, 1957). Krijt op papier, abstracte vormen, verschillende perspectieven. Het is alsof je van bovenaf op een stad kijkt, met zijn grillige geometrische vormen links, ronde vormen rechts, ingetogen chaos. Daarboven zweeft, als rustpunt, een wolk van wit krijt. Of is de wolk zelf ook de stad?

Zbigniew Biel, Miasto/Biała chmura (Stad/Witte wolk)
krijt op papier, 2015


‘Enkel over wit zou je een vuistdik handboek kunnen schrijven’, schreef Anton Valens in Een kniebuiging voor de ezel. En: ‘Aan zijn gebruik van wit herken je de ware schilder.’

Lees verder “Stad, witte wolk”

Anton Valens en zijn kniebuiging voor de ezel

‘De kunstgeschiedenis is weinig anders dan een lang uitgesponnen wasmachineprogramma. Voorspoelen, temperatuur instellen, inzepen, spoelen (het eigenlijke wassen), naspoelen, centrifugeren en drogen. Schoonheid is een cyclisch proces. Waar het om gaat is je geliefd maken. Dat kun je het beste zo onopvallend mogelijk doen.’

Als je je kerstboom nog niet hebt opgeruimd, leg er dan nog snel dit cadeau onder, voor je geliefde of gewoon voor jezelf. Want Een kniebuiging voor de ezel. Over tekenen en schilderen van Anton Valens is een grappig, mooi en wijs boek over kunst en (een beetje) kunstgeschiedenis.


De veel te vroeg gestorven Valens (1964-2021) publiceerde tijdens zijn leven zeven romans, een achtste boek verscheen postuum. Hij won literaire prijzen en stond op goede longlists. Dat Valens naast schrijver ook beeldend kunstenaar was, opgeleid aan de Rietveldacademie en de Rijksacademie in Amsterdam, is veel minder bekend. Ik las – en herlees – zijn werk graag, maar kende zijn beeldende werk nauwelijks. En ik had er geen idee van dat dubbeltalent Valens zo schitterend over kunst kon schrijven. Een kniebuiging voor de ezel brengt daar nu verandering in: in dit liefdevol gemaakte boek worden Valens’ teksten over kunst en zijn beeldende werk samengebracht.

Lees verder “Anton Valens en zijn kniebuiging voor de ezel”

Verschenen en verdwenen

Bij het zien van zijn recente familieportret doe ik toekomstig president Donald Trump graag een aanbeveling – een kunstgreep die schilders al eeuwen voor hem hebben toegepast.

Na de overwinning van Donald Trump wilde ik hier eigenlijk over vanitas-stillevens schrijven, maar toen kwam er ineens een foto voorbij die me op een hele andere gedachte bracht. Al eerder wisten we dat Elon Musk, CEO van Tesla en eigenaar van X, voorheen Twitter, niet meer weg te denken is uit de entourage van de inmiddels gekozen Amerikaanse president. Een duidelijk signaal was dat Musk op een verkiezingsbijeenkomst van Donald Trump (5 oktober 2024 in Butler, Pennsylvania) naast hem op het podium vrolijk op en neer stond te springen.

Familieportret van de Trumps, met Elon Musk
© Kai Trump / X

Lees verder “Verschenen en verdwenen”

Zwart, wit

Een nieuwe website over Nederland en Indonesië haalt talloze verhalen uit de schaduw. Ik volgde het spoor van diverse soldaten. Hun achtergrond verschilt, maar ze delen een geschiedenis.

In het Amsterdamse Rijksmuseum hangt in zaal 2.9 een fascinerend schilderij van Jacob Coeman (ca. 1632-1676). Het kwam ineens achter de ballonnen tevoorschijn tijdens de feestelijke lancering van de website Ons Land, waarover straks meer.

Jacob Coeman, Portret van Pieter Cnoll, Cornelia van Nijenrode, hun dochters en twee tot slaaf gemaakte bedienden, 1665, © Rijksmuseum, Amsterdam

Op een fors uitgevallen doek tovert Jacob Coeman een aantal interessante figuren tevoorschijn. Centraal, in het licht, staat de familie Cnoll-van Nijenrode opgesteld.

Lees verder “Zwart, wit”

Achter de deur, over de grens

Vreemder en lastiger dan andere jaren is het om na mijn vakantie het werk weer op te pakken. Terwijl ik na een treinreis door Polen aan mijn bureau zit en mijn laptop open, wervelen het groen van de uitgestrekte heuvels, het geel van de zonnebloemen en het hemelsblauw van de luchten nog door mijn kamer. In mijn oren klinkt nog het ruisen van de rivieren en het slissen van die prachtige Poolse taal, maar boven alles uit die verbaasde uitroep: “Gerdien! Wat doe jij hier?” Argeloos had ik een deur geopend waarachter zich een nieuwe wereld bleek te ontvouwen.

Later, in de trein, moest ik denken aan de doorkijkjes uit de Nederlandse kunst. Johannes Vermeer, Jan Steen, Pieter de Hooch en Samuel van Hoogstraten waren er meesters in: een deur openen voor ons, toeschouwers. We kunnen niet anders dan kijken: op kousenvoeten betreden we onbekende ruimtes en worden we onderdeel van het verhaal dat de schilder er voor ons heeft neergezet.

Samuel van Hoogstraten, ‘Gezicht op een Hollands interieur vanuit een deuropening’, ca. 1655-1660, © Musée du Louvre

Mijn lievelingsdoorkijkje is dat fascinerende schilderij van Samuel van Hoogstraten in het Louvre, het Gezicht vanuit een gang in een kamer (Les pantoufles).

Lees verder “Achter de deur, over de grens”

Kunst achter kapotgeschoten ramen

Het verschijnsel van de “noodnamen” in de kunstgeschiedenis amuseert me iedere keer weer. Kunsthistorici bedenken zo’n naam voor een maker wiens identiteit we niet kennen. Omdat het meestal om kunstenaars uit de middeleeuwen gaat, zijn de noodnamen vaak prachtig poëtisch. Wat te denken van de Meester van het Amsterdamse sterfbed van Maria, de Meester van het Geborduurde Loofwerk, of de Meester van de Spraakzame Handen?

De Meester van de Khanenko-Aanbidding, ‘De Aanbidding der Wijzen’, Bohdan en Varvara Khanenko Museum, Kiev © Wikimedia

Lees verder “Kunst achter kapotgeschoten ramen”

Drinkebroers, schutters en schalks kijkende vrouwen: Frans Hals in het Rijksmuseum

Deze bespreking verscheen eerder op de website van De Lage Landen


Als je de tentoonstelling Frans Hals in het Rijksmuseum binnenloopt, houdt het museum de schilderijen nog even voor zich. In neonletters licht zijn naam op, in zwart-wit worden zijn woeste penseelstreken psychedelisch uitvergroot. Wat gaan we hier zien? Wat gaan we ervaren? “Rauw”, schrijft de eerste zaaltekst en De vrolijke drinker zwaait ons tegemoet, een goed gevulde berkenmeier wankelend op zijn vingertoppen, alsof hij wil zeggen: pak een glas, kom binnen, ik stel je voor aan mijn vrienden.

Lees verder “Drinkebroers, schutters en schalks kijkende vrouwen: Frans Hals in het Rijksmuseum”

Teun op de Tefaf

Deze column verscheen eerder op de website van De Lage Landen


Op weg naar de internationale kunstbeurs TEFAF in Maastricht pak ik Parkeren in Hilversum (Van Oorschot, 2024) uit mijn tas, de nieuwste titel van Detlev van Heest. Ik ben een groot liefhebber van zijn werk: ik hou van de dagboekachtige vorm, de dialogen, de absurdistische scènes en de ingehouden humor. En ik bewonder Van Heest om zijn ingetogen, bijna onzichtbare pen waarmee hij grote emoties weet te beschrijven.

Lees verder “Teun op de Tefaf”