Je moet even boven gaan kijken’, roept H. me toe als we elkaar tegenkomen op TEFAF. ‘Een Poolse galerie!’ Boven aangekomen kan ik mijn ogen bijna niet geloven. Verscholen in een hoek bevindt zich de stand van Olszewski Ciacek, een vrij jonge galerie uit Warschau die voor het eerst aan Tefaf meedoet. Het is sowieso voor het eerst dat een Poolse kunsthandel zich op Tefaf presenteert – en hoe!
Aan de wanden: vooral werken op papier van kunstenaars die me al meer dan dertig jaar dierbaar zijn. Een paar kleine etsen van Leopold Lewicki (1906-1973), lid van Grupa Krakowska, onderwerp van mijn afstudeerscriptie. De werkjes smijten me terug in de tijd, dat jaar dat ik in Kraków studeerde, in Galeria Krzysztofory het archief van Grupa Krakowska bestudeerde, grip probeerde te krijgen op de Poolse taal, vleesbonnen en wc-papier kreeg uitgereikt als ik mijn beursgeld kwam ophalen.
Lewicki was een van de minder opvallende kunstenaars uit de groep, misschien ook omdat hij na de oorlog in Lviv woonde – toen nog Lvov, in de vrijwel onbereikbare Sovjet Unie. Hij studeerde aan de Academie voor Schone Kunsten in Kraków, waar zijn maatschappijkritische werk al snel als een politieke provocatie werd opgevat. Vanwege zijn communistische opvattingen werd hij gearresteerd en van de academie gegooid. Hij sloot zich aan bij Grupa Krakowska, een kunstenaarsgroep die in het interbellum linkse idealen verbond aan avantgardistisch werk. Lewicki toont in zijn werk scènes uit het leven van de gewone man: mensen die zitten te wachten op het station, door de stad wandelen, meedoen aan een demonstratie of in een fabriek aan het werk zijn. De werkjes zijn niet groter dan een flinke ansichtkaart – dat is nogal gedurfd op een beurs waar vooral het grote en het mooie in de schijnwerpers staat.
Nog een kunstenaar uit mijn verleden in deze stand: Karol Hiller (1891-1939). Zijn werk leerde ik kennen toen ik in Muzeum Sztuki (Kunstmuseum) in Łódź werkte. Het museum, gevestigd in de stad waar Hiller opgroeide, heeft een grote collectie van zijn werk en beheert zijn artistieke nalatenschap. Hiller was een ongelofelijk veelzijdig kunstenaar: hij maakte zowel realistisch als symbolistisch, bijna mystiek werk en experimenteerde met verschillende technieken. Hij werd vooral bekend om zijn heliogravures, een combinatie van schilderkunst, grafiek en fotografie waarmee hij een soort galactische ruimtes crëeerde. Op TEFA zijn een paar van die heliogravures te zien – ik vind ze terug in de bestandscatalogus die het museum alweer twintig jaar geleden van zijn oeuvre maakte.
Het ontroert me dat ik het ‘kleine’ werk van twee kunstenaars die me zo rechtstreeks met mijn verleden verbinden, hier op TEFAF zie. Uit gêne durf ik niet naar de prijzen te vragen. Wat zou een Lewicki, een ets niet groter dan een briefkaart, hier op TEFAF doen? En wat zou de communistische (en arme) Lewicki hiervan hebben gevonden?
Aan het eind van de middag drink ik nog een glas met H. En terwijl we aan de bar zitten, komt een dame aangelopen. Ze is geraakt, de tranen staan in haar ogen, ze heeft net de aankoop van haar leven gedaan, nog nooit had ze van deze kunstenaar gehoord, maar hij is in alles verwant aan haar eigen werk. Ze laat me een foto zien. De eerste Karol Hiller is van eigenaar verwisseld voor de prijs van mijn halve lievelingsauto.
Maar het gaat me niet om de prijzen. Het ontroert me dat ze het wereldtoneel betreden, die in familie-archieven en op zolders gevonden papieren werkjes. Dat ze een publiek bereiken dat tussen alle pracht en praal van TEFAF misschien even stilstaat bij het leven en werk van een paar tot nu toe vrijwel onbekende Poolse kunstenaars. En het ontroert me dat een van de heliogravures van Karol Hiller straks aan de muur zal hangen bij een dame die de schoonheid van zijn werk ziet en er haar persoonlijke geschiedenis mee op zal gaan bouwen, net zoals ik heb gedaan.
Afbeeldingen
Leopold Lewicki, Buitenwijk, droge naald op papier, 21 x 19 cm, (c) Olszewski Ciacek, Warschau
Leopold Lewicki, De fabriek, ca. 1930, droge naald op papier, 22 x 19 cm, (c) Olszewski Ciacek Warschau
Karol Hiller, Heliografische compositie (XLI), circa 1933, heliografie op fotopapier, 23.7 x 18 cm, (c) Olszewski Ciacek, Warschau