Als ik terugkeer van de markt, kom ik langs de IJssel mijn buurman tegen. ‘Ik ben op weg naar de kapper’, roept hij. ‘Heerlijk!’
Wat is dat toch met mensen en haar? Waarom bewaarde mijn moeder mijn allereerste haar in een envelopje? Waarom gaf de kapper een lok van mijn haar mee toen ik dat op mijn veertiende af liet knippen (en huilend van spijt naar huis fietste)? Waarom moet er haar op gezichten, borsten, bij geslachtsdelen – of er juist weer af?
Gelukkig was ik even in Parijs om antwoorden op al die vragen te vinden: in de spectaculaire tentoonstelling Des Cheveux & des poils (Haar & Haar). Een tentoonstellingsaffiche van een 18de eeuwse jongeman, kastanjebruine blik, weelderige krullen, gefotoshopte idem harige borst, trok me er als een magneet naar toe.
Ik kocht een kaartje voor het Musée des Arts Décoratifs en daar ging ik: een Middeleeuws beeld van Maria Magdalena met haar lange uit hout gesneden vlechten, 18de eeuwse dames met hoog opgetaste frisuren (en een filmpje waarin een hair artist dezelfde kapsels op de hoofden van hedendaagse meiden componeerde), bustes die achterstevoren in vitrines waren gezet zodat je de knotjes en wrongen kon bewonderen. Afgeknipte vlechtjes in een schilderijlijst, haren gevat in zilver, sieraden van haar.
En dat is dan alleen nog maar ons hoofdhaar. Verderop in de tentoonstelling kwam er nog veel meer aan bod: borsthaar, snorren en baarden die verschijnen, verdwijnen en opnieuw verschijnen, l’Origine du Monde van Gustave Courbet, een schaamhaarpruikje, nog veel meer pruiken, haar voor drag queens, vrouwenhaar op mannen, mannenhaar op vrouwen, haar dat zich overal of juist nergens meer bevindt. Haar als noodgreep (Lodewijk de XIV werd kaal en introduceerde de pruik), haar als schaamte, haar als macht, haar als schoonheid, haar als statement, haar als tijdgeest.
Later wandel ik vanuit het Musée des Arts Decoratifs door de Tuilerieën, steek de Seine over, en loop nog een echt allerlaatste keer de tentoonstelling van Jacobus Vrel binnen, te zien in de Fondation Custodia. Daar is het weer, dat schilderij waarover ik hier eerder schreef omdat het toen zo’n verpletterende indruk maakte. En dat doet het nu weer.
Jacobus Vrel, Interior with a Woman Combing a Girls Hair uit het Detroit Institute of Arts. Nog een week en het schilderij zal naar Detroit worden teruggestuurd, voor jaren verdwijnen in een donker depot. Afscheid, moeilijk.
Maar nu kijk ik nog naar het meisje met de lange blonde haren, de vrouw met de kam in de hand, het jongetje dat kijkt naar iets dat wij niet zien, de mantel aan de muur, de hoepel op de grond en die lege, lege muur. Naar de vrouw die straks, als het kammen gedaan is, stil een lok meisjeshaar in de zak van haar rok zal verbergen, om te bewaren, voor later.
De tentoonstellingen Des Cheveux et des poils in het Musée des Arts Décoratifs en Jacobus Vrel. Enigmatique précurseur de Vermeer in de Fondation Custodia duurden tot en met 17 september 2023.
De borsthaarcollage in de afbeelding is gebaseerd op een Portret van een man door Jacob Ferdinand Voet (1639-1689), olieverf op doek, collectie Jean-Louis Remilleux
Jacobus Vrel, Interior with a Woman Combing a Girls Hair, and a Boy at a Dutch Door, paneel, 55.9 x 40.6 cm., Detroit, Michigan, The Detroit Institute of Arts