
‘Ik laat de geleerdheid door me heen stromen zodat ik met al die kennis gedurende één helder ogenblik dit ook werkelijk zie. Is het erg dat ik die kennis weer zal vergeten? Nee, want wat ik niet zal vergeten is de essentie, de ervaring. Het is alsof er op zulke momenten een uitbreiding van je wezen plaatsvindt, je manier van denken wordt uitgerekt.’ Deze woorden van Cees Nooteboom worden geciteerd door Menno Fitski, conservator Aziatische kunst in het Rijksmuseum in de indrukwekkende documentaire over het Rijks van Oeke Hoogendijk.
‘Al die kennis verkrijg je tijdelijk, je vergeet het weer, maar de essentie blijft’, zegt Fitski. ‘Je hoeft niet te onthouden wat je in een museum ziet, maar het gaat in een museum om de ervaring, dat is waar je een beter mens van wordt. Dit is het, zo moet het zijn.’
Dat teweeg brengen: dat is de wezenlijke betekenis van het vak van de conservator. En daarom moet de conservator blijven, overal, in ieder museum.
Lees mijn hele column De conservator moet blijven! hier op de website van de Vereniging van Nederlandse Kunsthistorici.